#2 MW2009: Organisatieverandering: the digital, analogue and visceral
De keynote ‘Moving from Virtual to Visceral’ was van Maxwell Anderson, directeur van het Indianapolis Museum of Art (IMA). Anderson pleitte voor een doorbraak van de dichotomie analoog-digitaal, die in veel musea leidend is in de manier waarop gewerkt wordt. Het is niet genoeg om je alleen te focussen op je digitale aanwezigheid en je te verdrinken in technologie. Ook niet om alleen na te denken over hoeveel museumobjecten je hebt in je fysieke museum. Anderson is op zoek naar hoe je als museum een band met je publiek aan kan gaan, die niet alleen virtueel is maar ook tastbaar en voelbaar. Een ervaring van improvisatie en spel. Hiervoor moet een instituut een lossere, open houding aannemen en vooral de waarheid vertellen.
Een tool die het IMA hiervoor gebruikt is een management dashboard, die de relatie tussen het museum en haar publiek bloot legt (aantal bezoekers, kunstobjecten, admissions, energieverbruik etc.). Zo open en transparant dat het IMA hierop zelfs publiceert welke museumobjecten er uit de collectie verkocht worden. Een proces dat zich normaal gezien altijd behind the scenes afspelen en iets wat gemengd ontvangen werd in de museumwereld (dat doe je niet!). Binnen deze visie paste ook het nieuwe videoplatform van IMA, ArtBabble, waarin open principes (Creative Commons, open source etc.) toegepast zijn en het vooral gaat om het dialoog met het publiek te provoceren en kennisuitwisseling te stimuleren. Instellingen moeten hiervoor minder institutioneel zijn en meer proberen deel van iemand dagelijkse leven uit te maken.
Persoonlijk was ik erg gecharmeerd van de ‘taal’ van Anderson en zijn twee interventies om het IMA open te gooien. Je kunt zijn hele presentatie bekijken op ArtBabble. Later tijdens het congres was iedereen te gast in het IMA en konden we zien hoe de visionaire woorden van Anderson zich fysiek vertaald hebben. Veel gehoorde opmerking was dat dit wel een hele traditionele aanpak was om je collectie te presenteren. Via een achteringang kwamen we bij een soort Amateurcollectie in netjes geordende zalen, die aanvoelden alsof de kerkdienst elk moment kon beginnen. Niets van dat speelse waar Anderson het over had. Ik werd hier ook op mijn vingers getikt toen ik een foto wilde maken van een oude Dyson-stofzuiger. Erg jammer. Weten we in ieder geval maar meteen de waarheid!
Een tweede geluid op de keynote was “Ja leuk allemaal, maar, hoe overtuig ik mijn management”. Tijdens de spetterende sessie van Nina Simon (Museum 2.0) ‘Going analogue’ die je op Prezi kan bekijken, werden de ja maar-opmerkingen geparkeerd en gingen we aan de slag met leuke ideeën. Simons stelling was: “museums are like the web, only better”. Hoe kunnen musea dan meer zijn zoals het web? Hoe kunnen de lessen van het web vertaald worden naar het museum zelf? In lijn met Andersons stelling dat het om ervaring gaat, gaf ze de opdracht om de vraag “mijn museum is als een …” (voetbalwedstrijd, café, feestje, verjaardag e.d.) te beantwoorden. Dit leverde veel energie op en ad hoc groepjes die samenwerkten aan nieuwe concepten.