Geen ‘Digital Europe’ zonder herziening auteursrecht
Sinds Premier Balkenende afgelopen week donderdagavond (voor zijn beurt) bekend maakte dat Neelie Kroes in de nieuwe Europese Commissie verantwoordelijk zal zijn voor het ‘Digital Europa’ portfolio is er een merkwaardige discussie gaande.
In de discussie of Kroes hiermee nu wel of niet een ‘zwaar’ portfolio bekleedt, wordt verbazingwekkend weinig naar de uitdagingen gekeken die zich voor Europa op het gebied van digitalisering, media en kennisontwikkeling in de komende jaren voordoen. Wie dat wel doet, komt snel tot de conclusie dat Neelie Kroes een van de zwaarste portfolio’s van de nieuwe commissie op haar bureau gekregen heeft.
Kroes zal in de komende vijf jaar waken over de randvoorwaarden die bepalen of Europa ook in het digitale domein op evenredige voet kan opereren met andere economische mogendheden. ‘Kroes moet Europa gaan ‘vergooglen” zoals het NRC Handelsblad van afgelopen zaterdag op de voorpagina schreef. In haar interview met NRC maakt Kroes duidelijk dat zij Europa’s achterstand op het gebied van online dienstverlening wijt aan een overvloed aan regels die ondernemers onnodig belemmeren. Hiermee heeft zij de kern van het probleem echter nog niet te pakken.
Een van de meest urgente uitdagingen voor de nieuwe commissaris voor Digital Europa zal de hervorming van de Europese copyrightwetgeving zijn. Het huidige stelsel is nog geworteld in de predigitale 20e eeuw en kraakt inmiddels aan alle kanten. Hervorming van het auteursrecht is alleen op Europees niveau mogelijk en moet de basis vormen van elke strategie die beoogt Europa ook in de digitale economie in de eerste divisie te laten spelen.
Vivian Reding, de voorganger van Neelie Kroes als Commisioner voor de Informatie Samenleving heeft dit onderwerp tegen het einde van haar ambtstermijn op de agenda gezet. In juli gaf zij tegen de achtergrond van het debat over het Google books settlement en de defensieve houding van de Europese regeringen en uitgevers aan dat het tijd is om de Europese auteursrechtelijke kaders te vernieuwen. Volgens Reding is de situatie duidelijk: ‘Als we niet binnen korte termijn de Europese copyrightregelgeving inzake verweesde werken en bibliotheken herzien, dan zal de digitalisering en het ontwikkelen van aantrekkelijke content niet in Europa plaatsvinden maar aan de andere kant van de Atlantische Oceaan’.
Inmiddels is de discussie over het Google books settlement verder gevorderd en ligt er een tweede voorstel voor schikking bij de New Yorkse rechtbank. Een van de meest belangrijke aanpassingen ten opzichte van de eerste versie is het feit dat Google alleen nog boeken online beschikbaar gaat stellen die in de VS, Canada, Engeland of Australië uitgegeven zijn. Boeken uit de rest van de wereld vallen zo buiten Googles poging om toegang tot ons literair en wetenschappelijk lange termijngeheugen te bieden.
Erger nog, Google zal alleen een klein deel van de gedigitaliseerde boeken aan internetgebruikers in Europa aanbieden. Waar Amerikanen straks online toegang hebben tot het merendeel van alle in Amerika verschenen boeken, zullen Europese internetgebruikers nog lang op een vergelijkbare dienst moeten wachten. Om een dergelijke dienst ook in Europa te ontwikkelen zullen de initiatiefnemers in 27 lidstaten afspraken moeten maken met een veel groter aantal aan belanghebbenden. De kans dat deze op korte termijn ook in de kleinere lidstaten tot stand komen is echter relatief klein, omdat het voor commerciële partijen simpelweg niet rendeert om voor elke even kleine nationale markt aparte afspraken te maken.
Het is daarom van groot belang dat er Europese regels komen die ook voor digitale content een Europese binnenmarkt mogelijk maken. Dit is – zeker gezien de nationaal georganiseerde belangen van de auteurs – een enorme uitdaging en het is te hopen dat ‘Steely Neelie’ hier dezelfde daadkracht vertoont als op haar oude post als mededingingscommissaris.
Kroes zou er verder goed aan doen om zich net zo als haar voorganger in de eisen van de Europese consumenten te oriënteren. Volgens Reding zal ‘alleen een moderne set van consumentvriendelijke regels ervoor zorgen dat Europa’s content een belangrijke rol kan spelen in de digitaliseringsinspanningen die wereldwijd gaande zijn’.
Haar inspanningen voor de vrije keuze van consumenten in haar laatste functie geven alle reden om te hopen dat Kroes hiervoor de juiste vrouw op de juiste plek is. Hoe zwaar haar nieuwe portfolio werkelijk is, zal in de komende jaren moeten blijken. Maar het is in ieder geval een post die vooruitblikken en daadkracht eist.