Het morele failliet van de NPO

24 juli 2015

Toen ik gisterochtend wakker werd en in de keuken de radio aanzette, kwam ik terecht in een item over een half miljoen videoclips die door het Amerikaanse persbureau Associated Press (AP) de dag ervoor op YouTube waren gezet. Naar aanleiding van deze publicatie voerde de presentator een gesprek met de als ‘YouTube-docent’ bekendstaande geschiedenisdocent Joost van Oort++YouTube-docentJoost van Oort is docent Geschiedenis in de bovenbouw Havo en Vwo op het Sint-Joriscollege in Eindhoven. Op zijn kanaal vind je video’s die hij voor zijn leerlingen maakt.  uit Eindhoven.

Speel het radiofragment af via de player hierboven of luister het terug op radio1.nl (vanaf 0:25:20)

In het gesprek legde Van Oort uit hoe belangrijk de rol is die audiovisueel materiaal tegenwoordig in het geschiedenisonderwijs speelt. Ook gaf hij aan erg blij te zijn met de publicatie van het AP-materiaal en met eerder vrijgegeven materiaal van het Engelse British Pathé. Het is natuurlijk een goede zaak dat deze organisaties hun archieven openen en gebruikers over de hele wereld on demand toegang tot historisch filmmateriaal geven. Maar waarom kan een Nederlandse geschiedenisleraar hiervoor nog steeds niet bij de archieven van de Nederlandse Publieke Omroep (NPO) terecht?

Een groot gemis

Van 2007 tot en met 2014 is een groot gedeelte van het archiefmateriaal van de Nederlandse publieke omroepen in het kader van het project Beelden voor de Toekomst gedigitaliseerd. De projectpartners (waaronder Kennisland++KL en Beelden voor de ToekomstKennisland was een van de projectpartners. We hebben in zeven jaar in totaal €2,2 miljoen voor onze activiteiten ontvangen. Zie ook onze case ‘Nederlands audiovisueel geheugen bewaard voor de toekomst’.) hebben hiervoor in totaal €110 miljoen aan subsidie ontvangen. Binnen dit project is in totaal 138.932 uur aan film en video gedigitaliseerd. Hiervan is op dit moment slechts een schamele 2 procent online beschikbaar.Binnen het project Beelden voor de Toekomst is in totaal 138.932 uur aan film en video gedigitaliseerd. Hiervan is op dit moment slechts een schamele 2 procent online beschikbaar. 98 procent van het gedigitaliseerde materiaal++Publicatie ‘Beelden van het verleden’Zie de publicatie ‘Beelden van het verleden – 7 jaar Beelden voor de Toekomst’, waaruit deze cijfers zijn overgenomen. is alleen binnen de muren van het Nederlands Instituut voor Beeld en Geluid in Hilversum of voor medewerkers van publieke omroepen toegankelijk.

Er is dus sinds 2007, met een enorme investering van publiek geld, materiaal van publieke omroepen door met publiek geld gefinancierde instellingen gedigitaliseerd en toch heeft het Nederlandse publiek (en de rest van de wereld) geen toegang tot 98 procent van dit materiaal. Dit is niets minder dan een grof schandaal. Hoe kan het dat dit materiaal niet online toegankelijk is, terwijl Amerikaanse en Britse privébedrijven wel bereid zijn om hun archieven voor het publiek open te stellen (en ook nog, zo vermoed ik, zonder dat er veel publieke middelen aan besteed zijn)?

Geen onmogelijkheid, maar onwil

De projectpartners van Beelden voor de Toekomst, waaronder dus wijzelf, wezen in het verleden vooral het clearen van auteursrechten aan als belangrijke drempel voor het toegankelijk kunnen maken van materiaal. Dat is echter slechts voor een heel beperkt deel van het materiaal in kwestie waar. Het gaat dan vooral om (speel)films uit het archief van EYE, waarvoor het verkrijgen van de benodigde auteursrechtelijke toestemming zeer lastig is++Films in EYEDe films in het archief van EYE zijn vaak niet door publieke organisaties met een publieke missie gemaakt. Het merendeel van het materiaal in het archief van Beeld en Geluid wel.. Voor het archiefmateriaal van de publieke omroepen, het overgrote deel van het dankzij Beelden voor de Toekomst gedigitaliseerde materiaal, is dit niet het geval++Omroepen beslissenOok hier kan er sprake van rechten zijn die niet bij de publiek omroepen liggen. Maar voor het merendeel van dit materiaal zijn de producerende omroepen de primaire rechthebbenden en beslissen zij of het materiaal online aangeboden kan worden of niet. Als de omroepen hier het initiatief nemen dan zullen eventuele rechthebbende derden naar verwachting snel meegaan.. Het gaat immers om materiaal van de publieke omroepen. In vrijwel alle gevallen zouden die omroepen direct toestemming kunnen geven voor het online publiceren door Beeld en Geluid, of nog makkelijker: het gedigitaliseerde materiaal zelf op YouTube kunnen zetten.Omroepen zouden direct toestemming kunnen geven voor het online publiceren door Beeld en Geluid, of nog makkelijker: het gedigitaliseerde materiaal zelf op YouTube kunnen zetten.

Dat dit niet gebeurt, is het resultaat van een allesverstikkende wederzijdse omhelzing tussen de NPO en de omroepen aan de ene kant en het Nederlands Instituut voor Beeld en Geluid aan de andere. De NPO en de omroepen gunnen het Beeld en Geluid niet zich als online publieksarchief te positioneren en geven dus geen toestemming voor publicatie.

Zoek het publiek op

Tegelijkertijd bevinden de NPO en de omroepen zich al jaren in een permanente staat van zichzelf opnieuw uitvinden. Ze hebben de kern van hun bestaansrecht uit het oog verloren en verliezen zich in het ontwikkelen van vrij onzinnige online-strategieën. In plaats van het Nederlandse publiek zo veel en simpel mogelijk toegang te bieden tot met publieke middelen gefinancierde producties, wordt de ene na de andere online strategie verzonnen, waarbij het belangrijkste criterium++Hopeloos internetbeleidZie voor een analyse van het hopeloze internetbeleid van de NPO deze blogpost van Hay Kranen (mei 2015). lijkt te zijn dat de kijker in spe naar de NPO of omroepwebsite moet komen, in plaats van het materiaal daar aan te bieden waar mensen op zoek gaan naar video’s, zoals YouTube.

Het archiefmateriaal van de omroepen is op dit moment ontoegankelijk en als we naar de beleidsplannen van de NPO kijken, lijkt het erop dat dit nog een tijdje zo blijft++Nog weinig verbetering in zichtZie voor meer informatie sectie 3.2.5 uit het concessiebeleidsplan van de NPO voor de periode 2016-2020 waaruit blijkt dat de NPO bijvoorbeeld reportages die niet meer uitgezonden worden pas 25 jaar na uitzending via Beeld en Geluid toegankelijk wil maken.. De NPO en de omroepen lijken zich in het jaar 2015 nog steeds niet te realiseren dat toegang bieden tot omroepmateriaal al lang geen privilege meer is voor een kleine groep verkokerde organisaties in Hilversum.De NPO en de omroepen lijken zich in het jaar 2015 nog steeds niet te realiseren dat toegang bieden tot omroepmateriaal al lang geen privilege meer is voor een kleine groep verkokerde organisaties in Hilversum. Maar dat het publiek recht heeft op toegang tot door henzelf gefinancierd materiaal, en dan wel via kanalen waar het publiek zich al bevindt.

De weg kwijt

Dat de NPO de weg inmiddels volstrekt kwijt lijkt te zijn, werd pijnlijk duidelijk door het reclameblok dat volgde op het radio-item waarmee ik mijn dag begon. Daarin liet de NPO, nog geen 60 seconden na het gesprek met de YouTube-docent, middels een bijna fluitende vrouwenstem en onderlegd met een vrolijk deuntje het volgende weten:

Goed nieuws voor liefhebbers van documentaires. Het digitale kanaal NPO Doc is deze zomer elk weekeinde rond 1 uur te zien op NPO2. Met documentaires en interviews met makers. Voor de programmering zie www.npodoc.nl/zomer.    

Voor de NPO lijkt het internet dus nog steeds vooral een platform voor het verstrekken van programmagidsen en het terugkijken van gemiste uitzendingen te zijn. Het goede nieuws voor liefhebbers van documentaires is natuurlijk niet dat deze gebruikt worden om de gaten in de zomerprogrammering op te vullen, maar dat deze op NPO Doc beschikbaar zijn. Nog beter zou het zijn als het gehele archief van de omroepen on demand online beschikbaar was. Aangezien er meer dan 90.000 uur aan gedigitaliseerd archiefmateriaal bij Beeld en Geluid op de plank ligt, zou dat nog kunnen gebeuren voordat het nieuwe concessiebeleidsplan van de NPO in werking treedt. Dat zou niet alleen goed nieuws zijn voor liefhebbers, maar ook voor docenten zoals Joost van Oort.

 

Deze tekst heeft een Creative Commons Naamsvermelding-licentie (CC BY) en is gekopieerd van de Kennisland-website. Ga voor de volledige versie met afbeeldingen, streamers en noten naar https://www.kl.nl/opinie/het-morele-failliet-van-de-npo/

This text has a Creative Commons Attribution License (CC BY) and has been copied from the Kennisland website. For a full version with images, streamers and notes go to https://www.kl.nl/opinie/het-morele-failliet-van-de-npo/