Wie zijn de ‘potentiëlen’?

    9 april 2013

    Kennisland heeft als missie ‘Nederland slimmer maken’, en een van de dingen die we willen doen om dat te bereiken is het potentieel van de samenleving optimaal benutten. Maar wat is dat eigenlijk ‘potentieel’? En wie zijn de ‘potentiëlen’?

    Dat we het als Kennislanders belangrijk vinden om potentieel te benutten is te lezen in de opiniestukken van mijn collega’s Kimon en Thomas. Kimon schrijft over twee leraren in Rotterdam-Zuid die symbool staan voor het potentieel van de samenleving. Thomas schrijft over zijn beste vriend die werkloos is geworden, en steekt een hand uit naar iedereen die met hem wil meedenken over manieren om werklozen weer te laten deelnemen aan de samenleving.

    Het is duidelijk dat ze het over hetzelfde thema hebben, namelijk hoe belangrijk het is voor een goed functionerende kennissamenleving om het potentieel van alle Nederlanders te benutten. Bovendien zeggen beiden dat iedereen een bijdrage kan leveren. Kimon zegt zelfs: iedereen kan een vernieuwer zijn. Als je maar een geschikte situatie, proces of structuur creëert waarin dat kan. Ze gaan nog een stapje verder. Want we moeten niet alleen situaties creëren, of ruimte bieden, we moeten als Kennisland de ‘maatschappelijke logica’ veranderen. ‘Werken’ moet niet als waarde op zichzelf gezien worden – het gaat om de mens en zijn potentieel, die kan op meerdere manieren permanent benut worden. Dit leidt tot twee vragen: Wat is eigenlijk potentieel? En wie zijn de 'potentiëlen'? 

    Managementgoeroetaal

    Waar denk je aan bij ‘potentieel benutten’? Mij schiet managementgoeroetaal te binnen als ‘het beste uit jezelf halen’, ‘optimaal presteren’, ‘je droom achterna’, enzovoorts. Dat is niet wat mijn collega’s bedoelen volgens mij. Het gaat denk ik eerder om een emancipatiegedachte, waarbij je ervan uitgaat dat alle mensen iets kunnen, en dat je er als samenleving beter van wordt als mensen hun kwaliteiten kunnen ontplooien en inzetten. Maar welke kwaliteiten dan, en waarvoor wil je ze inzetten, en hoe weet je of je dan de samenleving versterkt, zoals Kennisland graag wil doen?

    En als je dan weet hoe je het potentieel van de samenleving kunt herkennen, hoe kun je het vervolgens vinden? Zit potentie altijd in mensen, of kunnen het ook functies zijn van organisaties als een school of een bibliotheek of een café? Kimon ontmoet goede en betrokken lerearen door het project Onderwijs Pioniers en Thomas kent de kwaliteiten van zijn beste vriend. Maar hoe zit het met hen die niet toevallig een Kennislander tegenkomen? Door wie worden zij gevonden?

    Voorlopers of achterhoede?

    We richten ons bij Kennisland vooral op de voorlopers, vanuit het idee dat dat degenen zijn die willen veranderen, bereid zijn risico’s te nemen en weten wat we bedoelen als we spreken over ‘innovatie’. Kortom, de mensen die zichtbaar potentieel hebben en onze taal verstaan. Het is natuurlijk mooi dat we met deze mensen kunnen werken en ze bij elkaar kunnen brengen, dat we van ze kunnen leren en ze in de spotlight kunnen zetten. Maar zijn we daarmee niet bezig, om degenen die toch al toegang hebben tot sociaal kapitaal, die weten waar ze hun netwerk, geld en kennis kunnen vinden, nog verder op weg te helpen? Kortom, vergroten we dan niet slechts de kwaliteiten van de voorlopers?

    Dat zou op zich niet zo erg zijn, als we zeker zouden weten dat de rest van de wereld baat heeft bij het werk dat we met de voorlopers doen. Maar is dat wel zo? Als we met professionals in de publieke sector aan innovatie werken, hebben bijvoorbeeld werkzoekenden daar dan ook wat aan? Als we met vooruitstrevende leraren werken aan een slimmere schoolorganisatie, profiteren andere scholen in Rotterdam-Zuid en Amsterdam Zuid-Oost daar dan ook van? 

    Doorsijpelen

    Vaak wordt er beweerd dat de goede dingen vanzelf doorsijpelen, of de olievlek zijn eigen werk wel doet, maar is dat echt zo? We weten hoeveel moeite het kost om te vernieuwen in een ontvankelijke of gecontroleerde omgeving. Zou het dan elders ineens vanzelf gaan?

    Als we vinden dat iedereen een vernieuwer kan zijn, en kwaliteiten heeft of kan leren om zijn eigen omgeving beter te maken, dan moeten we wellicht niet alleen met de voorlopers werken. En misschien nog meer zoeken naar manieren waarop de ‘potentiëlen’ van de voorlopers kunnen leren. Maar laten we vooral eerst bedenken wat we willen doen als we ‘potentieel benutten’ en of dat wel de maatschappelijke vernieuwing die we voor ogen hebben ten goede komt. Dit betekent dat we nog vaker met elkaar in gesprek moeten gaan over wat voor samenleving we voor ogen hebben, welke waarden we belangrijk vinden, wie de potentiëlen zijn die we verder willen helpen, en hoe hun kwaliteiten de kennissamenleving duurzaam kunnen versterken.


    Nora van der Linden

    Deze tekst heeft een Creative Commons Naamsvermelding-licentie (CC BY) en is gekopieerd van de Kennisland-website. Ga voor de volledige versie met afbeeldingen, streamers en noten naar https://www.kl.nl/opinie/wie-zijn-de-potentielen/

    This text has a Creative Commons Attribution License (CC BY) and has been copied from the Kennisland website. For a full version with images, streamers and notes go to https://www.kl.nl/opinie/wie-zijn-de-potentielen/